小语种 百分网手机站

荷兰语不规则动词表

时间:2017-06-08 11:29:02 小语种 我要投稿

荷兰语不规则动词表

  导语:不按规则变化的`动词叫做不规则动词,下面是YJBYS小编收集整理的荷兰语不规则动词表,欢迎参考!

原型 词根

过去式

完成式 词意
单数 复数
begrijpen begrijp begreep begrepen begrepen 理解
bijten bijt beet beten gebeten
blijven blijf bleef bleven is gebleven 停留
glijden glijd gleed gleeden (is) geleden 滑动
kijken kijk keek keken gekeken
krijgen krijg kreeg kregen gekregen 得到; 拿
lijden lijd leed leden geleden 受苦
lijken lijk leek leken geleken 看上去象
rijden rijd reed reden (is) gereden 骑; 乘
rijzen rijs rees rezen is gerezen 升高
schijnen shijn scheen schenen geschenen 显现; 闪耀
schrijven schrijf schreef schreven geschreven
snijden snijd sneed sneden gesneden 切; 割
stijgen stijg steeg stegen is gestegen 升起
verdwijnen verdwijn verdween verdwenen is verdwenen 消失
vermijden vermijd vermeed vermeden vermeden 避免
wijzen wijs wees wezen gewezen 指出
zwijgen zwijg zweeg zwegen gezwegen 沉没
bieden bied bood boden geboden 提供
gieten giet goot goten gegoten 倾倒; 洒
kiezen kies koos kozen gekozen 挑选
liegen lieg loog logen gelogen 说谎
schieten schiet schoot schoten geschoten 射击
verliezen verlies verloor verloren verloren 丢失
vliegen vlieg vloog vlogen (is) gevlogen
vriezen vries vroor vroren gevroren
verbieden verbied verbood verboden verboden 禁止
besluiten besluit besloot besloten besloten 决定
buigen buig boog bogen gebogen 弯曲
druipen druip droop dropen gedropen
fluiten fluit floot floten gefloten 吹口哨
kruipen kruip kroop kropen (is) gekropen 匍趺
ruiken ruik rook roken geroken
schuiven schuif schoof schoven geschoven
sluiten sluit sloot sloten gesloten
beginnen begin begon begonnen is begonnen 开始
binden bind bond bonden gebonden 打结
drinken drink dronk dronken gedronken
klimmen klim klom klommen (is) geklommen
klinken klink klonk klonken geklonken 发声
krimpen krimp kromp krompen is gekrompen 缩小
schrikken schrik schrok schrokken is geschrokken 害怕
springen spring sprong sprongen (is)gesprongen
vinden vind vond vonden gevonden 发现
winnen win won wonnen gewonnen
zingen zing zong zongen gezongen
zinken zink zonk zonken is gezonken 沉没
gelden geld gold golden gegolden 有效
schenken schenk schonk schonken geschonken 给予
treffen tref trof troffen getroffen 打击
trekken trek trok trokken getrokken
vechten vecht vocht vochten gevochten 打斗
zenden zend zond zonden gezonden
zwemmen zwem zwom zwommen (is)gezwommen 游泳
breken breek brak braken gebroken 打破
nemen neem nam namen genomen 获得; 取
spreken spreek sprak spraken gesproken 说话
steken steek stak staken gestoken
stelen steel stal stalen gestolen
eten eet at aten gegeten
geven geef gaf gaven gegeven
meten meet mat maten gemeten 量度
lezen lees las lazen gelezen
treden treed trad traden is getreden 步行
vergeten vergeet vergat vergaten vergeten 忘记
bidden bid bad baden gebeden 祈祷
liggen lig lag lagen gelegen 说谎
zitten zit zat zaten gezeten 坐下
dragen draag droeg droegen gedragen 穿
graven graaf groef groeven gegraven
slaan sla sloeg sloegen geslagen 敲击
varen vaar voer voeren (is)gevaren 航海
blazen blaas blies bliezen geblazen
houden houd hield hielden gehouden 拿着
laten laat liet lieten gelaten
lopen loop liep liepen (is)gelopen 走; 跑
roepen roep riep riepen geroepen 呼叫
slapen slaap sliep sliepen geslapen 睡觉
vallen val viel vielen is gevallen 跌到
bederven bederf bedierf bedierven is bedorven 宠坏
helpen help hielp hielpen geholpen 帮助
scheppen schep schiep schiepen geschapen 创造
sterven sterf stierf stiefven is gestorven
werpen werp wierp wierpen geworpen
gaan ga ging gingen is gegaan 走; 去
hangen hang hing hingen gehangen
vangen vang ving vingen gevangen 抓住
bewegen beweeg bewoog bewogen bewogen 移动
scheren scheer schoor schoren geschoren
wegen weeg woog wogen gewogen
worden word werd werden is geworden 成为
doen doe deed deden gedaan
staan sta stond stonden gestaan
zien zie zag zagen gezien 看见
weten weet wist wisten geweten 知道
slaan sla sloeg sloegen geslagen 打击
bakken bak bakte bakten gebakken
braden braad braadde braadden gebraden
brengen breng bracht brachten gebracht 带来
hebben heb had hadden gehad
heten heet heette heetten geheten 被称作
jagen jaag joeg(jaagde) joegen(jaagden) gejaagd 追赶
komen kom kwam kwamen gekomen
kopen koop kocht kochten gekocht
kunnen kan kon konden gekund 能够
lachen lach lachte lachten gelachen
moeten moet moest moesten gemoeten 必须
mogen mag mocht mochten gemogen 可能
scheiden scheid scheidde scheidden gescheiden 分离
vouwen vouw vouwde vouwden gevouwen 折叠
vragen vraag vroeg vroegen gevraagd
waaien waai woei(waaide) woeien(waaiden) gewaaid
wassen was waste wasten gewassen
willen wil wilde(wou) wilden gewild 想; 要
zeggen zeg zei zeiden gezegd
zijn ben was waren is geweest
zoeken zoek zocht zochten gezocht 寻找
zullen zal zou zouden gezocht